"Cho Anne, wat 'n verr·kkelijke madeleines weet jij toch altijd bij onze thee te toveren! Bij welke patisserie haal jij die?"
Nicolette interrumpeert: "Ik weet precies waar Anne die haalt. Bij de beroemde maitre patissier Clochard, Rue de Sentinelle, achteraf straatje bij Gare St Lazare. Daar haalde mijn grootmoeder ze ook al".
Nu mengt Therese zich in het gesprek: "Dat is toch wel heel erg ver van jou vandaan, Anne, dat kost je minstens drie kwartier lopen! Goed van je dat je dat er voor ons over hebt". "Zodat wij er hier heerlijk van kunnen genieten", vult Suzanne aan, met algemene instemming.
Nu is het de beurt aan Anne. "Lieve dames, dacht je dat ik daar helemaal per pedes Apostolorum naar toe ga? Jullie zouden voor dat soort afstanden vermoedelijk de metro pakken. Ik de bus. Simpeler kan het niet. In twee minuten van mijn huis naar het centraal station. Daar met de S langs de Hausmann linea recta naar St Lazare, en dan is het nog maar minuutje of vijf hooguit".
(De theemuts wordt door Frederique behoedzaam van de met Assam gevulde Wedgewood theepot vandaan getrokken, en zij gebaart de andere dames van: zal ik nog bijschenken?).
Cherie trekt een bedenkelijk gezicht: "Is dat niet vreselijk saai, zo'n busrit, Anne?".
Anne slikt nog wat kruimels van haar madeleine koekje door, roert een wolkje melk door haar thee en steekt van wal. Zij gaat iets bijzonders vertellen, dat zie je zo aan haar mimiek. "Dames, zo maar een voorbeeld van wat me eergisteren tijdens die rit overkwam. Sorry, even nog een slokje thee. Het was rond twaalven, erg warm en ook nog eens een volle bus na de instap. Zit daar iemand voor me, van onze leeftijd, mannelijk geslacht, excentriek tot en met. Vervaarlijk lang geschapen nek. En om dat te compenseren of zo een pannekoek-achtig hoofddeksel, tot op de draad versleten zo te zien, bij elkaar gehouden door, je gelooft het niet, een stuk touw van het soort die patissiers om hun taartdozen doen. Terwijl ik naar hem zit te staren en te denken, dat vreemde type, staat daar een zwaargebouwde dame van oudere leeftijd naast hem op want zij moet eruit". (De vriendinnen knikken samenzweer-achtig naar elkaar met de Wedgewood theekop in de hand). "Met dat ze de rechts van hem zittende paljas wil passeren trapt ze die schijnbaar op zijn voeten. Hij huilt en vloekt hoorbaar. De dame, een buitenlandse, weg. (De vriendinnen: "niet te geloven, Anne, schande!"). "Nou, die zielepoot loopt tijdens de stop naar een lege plaats in de bus waar wat meer ruimte is om bij te komen van de pijn aan zijn voet".
"Dan (vervolgt Anne duidelijk nerveus wordend) komen we aan waar ik er zelf uit moet. Die vent voor me (niet v·n me! => schatergelach van de vriendinnen) toevallig ook. Ik sjok, een grote meute van allemaal uitstappers, achter hem aan, richting uitgang. Staat daar bij de halte net zo een type als hij die hem begroet met een handdruk, waarna hij quasi-theatraal zijn hand laat verhuizen naar een knooploos gat van de overjas van mijn busgenoot van net tevoren. De bedoeling leek duidelijk. Ik ben maar gauw naar Clochard gelopen".
De dames in koor, met hun lepeltjes in de thee roerend en, comme il faut, doorknabbelend aan de lekkernijtjes van Anne: "nou meid, laat ons eens samen, bijvoorbeeld op mijn verjaardag, dan tracteer ik jullie daarop, een ritje met die S van jou overdoen! Dan houden we ons kransje in die patisserie van Clochard". (De theekopjes rinkelen van algemene instemming met het voorstel van Nicolette).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten