Wantrouwig
Er waren mensen, meer zeg ik er niet over. Of het druk was of niet laat ik in het midden. Ik wil geen last krijgen. Laat ik zeggen dat het een openbaar vervoermiddel was. Tram of bus, waarom wil je dat weten? Ik leg me nergens op vast, ik kijk wel uit. Er stapte iemand in, man of vrouw, doet er niet toe. Wees toch niet zo nieuwsgierig! Die persoon had een lange nek, dat is alles wat ik vertel. En hij had een hoedje op met een touwtje, maar nu heb ik eigenlijk al te veel gezegd. Vervolgens ging iemand tegen hem te keer, van mij zul je niet horen waarom, ik ben gekke henkie niet. En toen kwam er een plaats vrij waarop die kerel met die lange nek ging zitten. Daar dacht ik het mijne van, maar mijn mond zit op slot. Een tijdje later - je zou wel willen weten hoeveel later, hè, maar dat zeg ik lekker niet - een tijdje later zie ik die man weer, als ik in dezelfde tramlijn zit. Hij staat op een halte. Ja, ik ga jou toch echt niet aan je neus hangen welke halte. Hij staat te praten met een vriend die hem een goede raad geeft. En als je wilt weten wat die goede raad is, moet je het zelf maar gaan vragen. Je hebt me al genoeg uitgemolken. Ik heb trouwens niks gezegd.
Abonneren op:
Posts (Atom)