Onweer
Mijn god, daar barst het onweer los. Precies bij de halte voor de S, ik snel naar binnen. Tsjonge tsjonge, wat een drukte! Alsof heel Parijs via deze bus afgevoerd moet worden! Hutje mutje vol. En kijk daar: in de verdrukking, voor me, een wanstaltige bliksemafleider: soort schotelantenne van het jaar nul op zijn kop boven die antenne van 'm. Waar gaat Parijs naar toe?! Die figuur begint ook nog te mekkeren alsof het hongerwinter is! Blijkt als door de bliksem getroffen door een trap op zijn tenen van een opstaande mede-passagier. (Alles kan, zo zie je nu maar!). Opnieuw een enorme donder met flits, ik kroop in elkaar: we moeten er uit. Ik, jas over m'n kop, ook. En kijk daar: in een flits (ajaj, wat een donderslag!) zie ik die net genoemde snoeshaan op mijn uitstaphalte St Lazare opnieuw, door de bliksem of zo vastgeklonken aan een andere snoeshaan die hem op een verschroeide plek in zijn winterjas (!) wijst: "daar ging die bliksemflits doorheen, en daar dien je een nieuwe knoop aan te naaien!". Om dood van te vallen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten