Post-operationeel ontwaken
Patient P. Oooh. waar ben ik hier?
Zuster (Z) Wakker worden, meneer P., wordt maar rustig wakker! (ze geeft de patient een paar klopjes tegen zijn linker slaap)
P. mijn god, ik lijk wel in de rij te staan van wachtenden voor een bus, ik zie de bus van lijn S voor me: wat moet ik daar?
Z. kalm, P. wind U niet op. Dadelijk is de verdoving echt uitgewerkt en word U weggereden naar de zaal... .
P. maar ik zie een akelige figuur, eentje met een enorme platte hoed en daaronder een extreem lange nek, bah, wat moet ik daarmee?
Z. denk maar niet na, P. Dat lossen we wel op zodra U weer op uw kamer bent. Probeer vooral te ontspannen en rustig te blijven. U bent bijna weer gewoon wakker, en dan is het over.
P. Oh, zuster, ik ben nog zo bang!
Z. Ik zal U eens wat vertellen. U werd in lijn S. gisterenmiddag rond 12.43, op de voeten getrapt door een lompe zwaarlijvige vrouw die het eigenlijk gemunt had op de figuur die U net beschreef. Maar U werd het slachtoffer, en hij, die Parijse randfiguur, wist zich gillend en wel naar achterin de bus te werken, naar een vrijgekomen plek. En U...
P. zuster, nu weet ik het weer. Ik wist strompelend de uitgang van de bus te bereiken, viel bijna van de treeplank omlaag, en toen zag ik daar die platte pooier, samen met een andere schooier, en die laatste richtte zijn linker vinger op een holte in de, ik meen zware dikke winterjas van de buspooier, met de bedoeling om z'n makker er op te wijzen dat daar een knoop aan diende gezet te worden. En toen viel ik bijna in
zwijm, en toen kwam de ambulance, en zo raakte ik hier, nu begrijp ik het... .